Waterschap Brabantse Delta maakt Oosteindse stuwen ‘vispasseerbaar’

Foto: Pixabay License / Pexels

Waterschap Brabantse Delta past drie Oosteindse stuwen aan zodat vissen door kunnen zwemmen om zich voort te planten.

Vissen gaan graag op reis

Ze zwemmen bijvoorbeeld van rivier naar beek, sloot naar sloot of zelfs heen en weer tussen zout en zoet water. Dit doen vissen om zich voort te planten, voedsel te vinden of aan roofvissen te ontkomen. Zo zwemt een paling wel 6.000 kilometer om zich voort te planten, door de Atlantische Oceaan helemaal naar de Sargassozee. De jonge palingen (glasaaltjes) maken daarna de reis terug naar Europa.

Obstacle run

Op reis komen vissen soms een obstakel tegen. Bijvoorbeeld een stuw die de sloot afsluit of een gemaal waar de vis niet veilig langs kan. Stuwen en gemalen zijn wel belangrijk. Het waterschap regelt hiermee het waterpeil, de hoogte van het water in de sloot. Het waterschap zorgt er de komende tijd op een aantal plaatsen voor dat vissen de stuwen en gemalen voortaan wél kunnen passeren. Waarom het waterschap dit doet? Om verschillende vissoorten in West-Brabant de ruimte te geven. Slimme technieken maken dit mogelijk.

‘Vispasseerbaar’

Er worden onder andere zes stuwen, twee gemalen en een terugslagklep aangepast zodat vissen hun weg veilig kunnen vervolgen. Deze bouwwerken worden ‘vispasseerbaar’. Het gaat in de gemeente Oosterhout om de stuw Dongedijk, stuw Groendijk en Stuw Witte Brug, alledrie in Oosteind.

Aanmelden nieuwsbrief
Cookieinstellingen