Vanmorgen werd traditioneel het carnavalsseizoen geopend in de binnenstad. Plaats van handeling was het Prins Mienusplein omdat er een uitvaart in de St. Jansbasiliek plaatsvond. Enig probleem was het gemis van het carnavalsbeeld Hatsekidee…
Eerste baksel voor Jan van den Biggelaar
Het was het eerste optreden van onze kersverse Prins Mienus XIII nadat hij gisteren aan zijn volk werd voorgesteld. Bij het gemis van het carnavalsbeeld op dit plein mocht de Nar model staan en werd hem de rood/groen versierde krans omgehangen. Ook werd het eerste insigne bij Mienus omgehangen en hij mocht op zijn beurt het eerste baksel weer omhangen bij een BO’er (Bekende Oosterhouter), maar dat werd een BN’er. Een Bekende Nar, want Jan van den Biggelaar heeft aangegeven dat hij zijn narrenkap na dit seizoen aan de wilgen gaat hangen. Als dank voor zijn jarenlange spel werd hij dus extra in het zonnetje gezet met het Eerste Baksel.
Een kleurrijk insigne
Er is dit jaar voor het eerst een nieuwe ontwerpster gevraagd om het insigne voor dit jaar te ontwerpen. En hoewel het een grote en breekbaar ding is geworden, heeft ontwerpster Mariëlle Brokx met twee mooie gestileerde narretjes en een klavertje vier en een schat toch een mooi insigne bij dit motto gemaakt. Het is te koop bij diverse café’s en de Oosterhoutse Feestwinkel.
Nieuw carnavalsboek van Genootschap der Volledigen
Daarna was het de beurt aan het jubilerend Genootschap der Volledigen, die dit jaar hun 22-jarig bestaan vieren. Opperspreker van de Volledigen Peter van Gils bood namens het Genootschap de eerste kaft van een nieuw carnavalsboek aan onze nieuwe Prins aan. Alleen een kaft, want de rest van het boek is nog niet klaar, maar zal in januari met veel tamtam worden gepresenteerd in het Kaaiendonks Carnavalsmuseum, zo werd ons beloofd.
Nog één keer het pak aan voor dit jaar
Vanavond mag het carnavalspak nog effe aanblijven tijdens de Kaaikwèkavond. Maar daarna moet het de kast weer in tot na de Kerst. Op 7 januari vindt de presentatie van ’t Ceedeeke om 20.11 uur weer plaats in ’t Zonneke.
