De Stichting Privacy First spant een kort geding aan tegen de Staat. Inzet is het gebruik van het systeem van automatische nummerplaatherkenning (ANPR), dat door de belangenorganisatie “massale privacyschending” wordt genoemd.
Nummerplaatherkenning
Het systeem bewaart de kentekens van miljoenen auto’s in Nederland vier weken in een centrale politiedatabank voor opsporing en vervolging. “Dit is totaal niet noodzakelijk, volstrekt disproportioneel en bovendien ineffectief”, meldt Privacy First onder verwijzing naar een rapport van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC), het kennisinstituut voor het ministerie van Justitie en Veiligheid. Het ANPR-systeem zou in strijd zijn met het Europese privacyrecht.
Privacyschending
“Indien nodig volgt na dit kort geding tevens een bredere bodemprocedure. De huidige ANPR-wet vormt immers een massale privacyschending en hoort simpelweg niet thuis in een vrije democratische rechtsstaat”, laat Privacy First weten. Het kort geding dient op 10 november in de rechtbank Den Haag.
Opsporingsonderzoek
Volgens de website van de politie worden kentekens die niet in de lijst met gezochte kentekenplaten staan, direct verwijderd, tenzij de informatie voor opsporingsonderzoek langer nodig is. Daar moet het Openbaar Ministerie dan toestemming voor geven. Vervolgens mag “informatie over gezochte kentekenplaten voor de opsporing van verdachten die een ernstig misdrijf pleegden, maximaal 28 dagen bewaard worden”, aldus de site. In augustus werd bekend dat de politie ook herkenbare foto’s van bestuurders of bijrijders, gemaakt door ANPR-camera’s, wil gaan gebruiken bij het opsporen van verdachten van ernstige misdrijven.