Op die provinciale wegen gebeuren volgens de organisatie veel ongelukken. Van alle dodelijke verkeersongevallen gebeurt jaarlijks 41 procent op 60- en 80-kilometerwegen waarvoor provincies als wegbeheerder verantwoordelijk zijn, zo stelt VVN, die verwijst naar cijfers van de politie. De snelheid speelt vaak een rol bij ongevallen, zo stelt VVN “en dat geldt zeker ook voor deze wegen. 60- en 80-kilometerwegen zijn over het algemeen niet optimaal veilig en geloofwaardig ingericht. Met de overheid is gekozen voor de zogenoemde risico-gestuurde aanpak en dan past het niet dat op een weg met bomen op 60 cm afstand, 80 km gereden mag worden”.

VVN zou daarom graag zien dat ook meer gehandhaafd wordt op snelheid op die wegen. “Trajectcontroles, mobiele onbemande controlesystemen en hogere boetes voor excessieve overtreders die kunnen zorgen voor effectievere handhaving, lijken vooral te zijn voorbehouden aan het hoofdwegennet. Dit terwijl ze mogelijk ook kansen bieden voor 60- en 80-kilometerwegen. Ook BOA’s zouden ingezet kunnen worden om een grotere subjectieve pakkans te creëren.”

Het aantal ongevallen op N-wegen baart zorgen, reageert een woordvoerster van de ANWB, maar de snelheid verlagen is niet de juiste oplossing. “Het gevaar zit in de inrichting van de wegen”, zegt ze. De infrastructuur op provinciale wegen is vaker onveilig. Als voorbeeld noemt de zegsvrouw het gebrek aan vangrails, korte opritten of het missen van een middenberm. “Er is maatwerk nodig om te kijken welke maatregel op welke weg werkt. Daarin zien wij kansen.”